In oktober/november hadden corporaties gemiddeld 63% van het woningbezit voorzien van een energielabel. De verwachting is dat dit op 1 januari 2009 is opgelopen tot 89%. Ondanks dat het op deze datum verplicht is om het totale bezit te hebben gelabeld, heeft 2 maanden voor deze deadline slechts de helft van de corporaties een energielabel voor haar volledige woningbezit.
Representativiteit
Desalniettemin geeft 81% aan op 1 januari alle woningen te hebben gelabeld. Dit betekent dat er in korte tijd flink gelabeld moet worden. Het zogenaamde representativiteitsbeginsel kan dit proces vergemakkelijken qua tijd en kosten.
Het stelt namelijk dat een energielabel voor een woning mag worden afgegeven op basis van een (reeds eerder) verstrekt label van een vergelijkbare woning. Voorwaarde is dat de energie-index niet meer dan vijf procent afwijkt. Toepassing van het representativiteitsbeginsel komt voor verantwoordelijkheid van de gecertificeerde adviseur.
energetische kwaliteit
Woningcorporaties die op 1 januari 2008 het voornemen hadden hun hele bezit vóór 1 januari 2009 van een energielabel te (laten) voorzien, kregen begin dit jaar uitstel van de labelplicht tot 1 januari 2009. Door het hele bezit van een energielabel te (laten) voorzien, krijgen corporaties inzicht in de energetische kwaliteit van hun voorraad. Dit inzicht is essentieel voor het voeren van strategisch voorraadbeleid en geeft de betrokken corporatie een handvat om haar ambities op energiegebied vast te leggen.
De energetische kwaliteit van woningen in de sociale sector is nog te vaak een stiefkindje. Het gemiddelde bouwjaar van het corporatiebezit ligt begin jaren zeventig, dus nog voor de geëxplodeerde energietarieven en het aanscherpen van de eisen aan energieprestatie.
Natuurlijk hebben corporaties al het nodige verbeterd. De meeste woningen bezitten een HR-combiketel en driekwart van de beglazing is dubbel. Edoch, bijna de helft van de daken en gevels en tweederde van de vloeren zijn nog niet geïsoleerd. Het gemiddelde energielabel van corporaties met jonger bezit of actief naisolatiebeleid is D. Corporaties met gemiddeld ouder bezit of passief naisolatiebeleid scoren gemiddeld label E.
Kostenvoordelen
Naar verwachting zal per 2009 de energie-index van woningen worden opgenomen in het Woningwaarderingsstelsel. De maximale huur zal dan mede worden bepaald door de energieprestatie van de desbetreffende woning. Zodoende kunnen energiebesparende maatregelen tot kostenvoordelen leiden voor corporaties.
Tot op heden profiteerde de huurder van het lagere energieverbruik, terwijl de corporatie opdraaide voor de investeringen en dit niet kon doorberekenen in de huurprijs. Desalniettemin is het energielabel in eerste instantie bedoeld als informatiebron in het afwegingsproces van woningzoekenden.
