Het Rietveld-paviljoen in de beeldentuin van het Kröller-Müller museum wordt volledig herbouwd. Het beeld wijkt in niets af van het origineel uit 1955, maar de achterliggende bouwtechniek is nu zo gekozen dat het paviljoen een daadwerkelijk permanent bouwwerk is.
Het paviljoen was oorspronkelijk slechts bedoeld voor een tijdelijke tentoonstelling in
Park Sonsbeek in Arnhem. In 1965 werd het herbouwd bij het Kröller-Müller museum , maar nog steeds met de detailleringen van het tijdelijke paviljoen. Veertig jaar later verkeerde het paviljoen dan ook in zeer slechte staat. Onderhoud mocht niet meer baten.
Voor de herbouw zijn de oude B2-betonblokken opnieuw gemaakt. Daarvoor zijn speciale mallen gemaakt omdat bij Rietveld juist de holle binnenzijde van de blokken zichtbaar werd. Hij paste de blokken namelijk liggend toe.
Belangrijk was ook de stabiliteit van het geheel. Die ontbrak in het tijdelijke paviljoen. Nu is het dakvlak de schijf die de verticale muurdelen met elkaar verbindt. Daartoe zijn de oude Oosterhoutse dakplaten (rietplaten van 50mm dik) vervangen door rietmatten van 25mm dikte met daaroverheen een laag underlayment. Dat underlayment is met latten bovenop de balken bevestigd, waardoor op de horizontale balklaag toch een dakbeschot met afschot werd gerealiseerd.
Architect Bertus Mulder tekende voor de herbouw.
De opening staat gepland voor 14 oktober.