Ga naar hoofdinhoud
Bouwtechniek

Pillenstrip verbindt muziekzalen

Een reusachtige pillenstrip verbindt vier muziekzalen met de symfoniezaal van Vredenburg. Onder dit nieuwe beeldmerk van het Muziekpaleis kunnen vijf bands en orkesten tegelijk spelen, zonder overlast voor elkaar en voor de buren. Alles staat hier in het kader van geluid, zelfs de flexibele boomconstructie.

Op de hoek van het Vredenburg en de nog uit te graven Catharijnesingel staat het nieuwe Muziekpaleis TivoliVredenburg van Utrecht. Op deze plek stond in het verleden een burcht en later het Muziekcentrum Vredenburg. Van dit centrum is de grote zaal met zijn beroemde akoestiek behouden gebleven en ingepast in het nieuwe Muziekpaleis. Samen met de nieuwe podia voor popmuziek, jazz, kamermuziek en de crossoverzaal biedt dit complex ruimte aan alle muziekstijlen. Die veelheid wilde men ook tot uitdrukking brengen in het ontwerp. Er werden daarom verschillende architecten geselecteerd, die onder supervisie van Architectuurstudio HH een gezamenlijk ontwerp hebben gerealiseerd. Voor de popzaal was Jo Coenen & Co verantwoordelijk, voor de jazz-zaal architectuurcentrale Thijs Asselbergs, voor de crossoverzaal NL Architects en voor de kamermuziekzaal en de restauratie van de bestaande symfoniezaal Architectuurstudio HH.

Flexibele structuur

Een van de belangrijkste uitdagingen van dit project was het bedenken van een structuur, waarin de verschillende ontwerpprogramma’s van de zalen passen met ieder hun eigen uitstraling. Deze structuur moest niet alleen deze stijlen verbinden, maar ook voldoende flexibiliteit bieden om op termijn verandering aan te kunnen. “Hier zou later een filmtheater kunnen komen, of een videotheek”, zo geeft architect Patrick Fransen van Architectuurstudio HH aan. Dit vraagstuk is opgelost door twee belangrijke ontwerpkeuzes te maken. De eerste betreft de draagstructuur. Deze is opgebouwd als een boom waaraan diverse zalen als losse elementen hangen, zelfs over de oude symfoniezaal heen. Daarnaast heeft men ervoor gekozen om een overkoepelende kap te maken, met aan twee zijden glazen puien waar de zalen als het ware doorheen ponsen. Door deze situering ontstond een parallellogramvormige doos van 68 meter breed, 46 meter diep en circa 45 meter hoog. De kap oogt zwaar, maar is geconstrueerd uit relatief lichte composiet platen met een zeer hoge isolatiewaarde (Rc = 8 m2K/W). Zo is een eenheid gecreëerd, terwijl de afzonderlijke zalen goed herkenbaar zijn gebleven aan de buiten- en binnenzijde van het gebouw. Daarmee is het overigens ook een bonte verzameling van materialen geworden: glas, composiet voor de ponsgevel, zilver en brons geanodiseerd aluminium voor de popzaal en jazz-zaal, en raficlad composiet bij de kamermuziekzaal.

Het hele artikel over het nieuwe Muziekpaleis in Utrecht verschijnt op vrijdag 18 april in Bouwwereld 04-2014. Vraag hier een gratis proefexemplaar aan.

Schrijf je in voor de nieuwsbrief

Met deze wekelijkse nieuwsbrief blijf je op de hoogte van het laatste nieuws uit de bouwtechniek.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.