Het nieuwe entreegebouw van het Van Gogh Museum bestaat uit de allernieuwste technische ‘state of the art’ glasconstructies. Het open en transparante glazen entreegebouw aan het Museumplein gaat op 5 september open voor publiek.
Strakke planning
Directeur Axel Rüger: ‘De bouw van onze nieuwe hoofdentree aan het Museumplein is voorspoedig verlopen. De oplevering valt geheel binnen de strakke planning van anderhalf jaar en het gestelde budget.’ Het entreegebouw vormt een opvallende tegenhanger van de solide buitenzijde aan het Museumplein. Zo bestaat de gevel uit 650 m2 koud gebogen glas met 30 glazen zogeheten dakvinnen tot 12 meter lengte en 20 glazen kolommen tot 9,4 meter hoog, in een draagconstructie van 65 ton staal. Bezoekers komen via een imposante glazen trap, modern verlichte roltrap of glazen panoramalift binnen in het ontvangstgebied.
Glasconstructie en glazen gevel
Het technisch ontwerp van de glasconstructie, waarin glazen vinnen (liggers en staanders) en glaspanelen de elementen van de hoofdconstructie zijn, is gemaakt door Octatube. In Nederland en wellicht in Europa zijn nooit zulke lange constructieve glazen vinnen toegepast: 12 meter. De gebogen glasgevel met een oppervlakte van circa 650 m² heeft koud gebogen dubbel gelamineerd isolatieglas. De 11,3 meter lange glazen luifel steekt 1,5 meter uit de gevel en is bijna een halve meter ingeklemd.
Ontwerp
Het schetsontwerp van het nieuwe entreegebouw komt van Kisho Kurokawa Architect and Associates, het bureau van de overleden Japanse architect Kisho Kurokawa die ook verantwoordelijk was voor het ontwerp van de tentoonstellingsvleugel die in 1999 werd geopend. De verdere uitwerking van dit ontwerp door Hans van Heeswijk architecten toont hoe deze vleugel en de nieuwe entree samen een verrassend nieuw geheel vormen.
Het Van Gogh Museum financierde dit bouwproject grotendeels zelf. Het totale benodigde bedrag van 20 miljoen euro is binnen dankzij eigen financiële middelen en steun diverse bedrijven, fondsen, stichtingen en particulieren.
