Ga naar hoofdinhoud
Nieuwbouw

Nieuwe brug als vrije voorbouwbrug

Ter hoogte van Diemen wordt een nieuwe brug over het Amsterdam Rijnkanaal als vrije voorbouwbrug gerealiseerd. Doka levert hiervoor een opmerkelijke bekistingsoplossing.

De bouw van de brug maakt deel uit van het project A1/A6 Diemen – Almere Havendreef; een onderdeel van de weguitbreiding Schiphol – Amsterdam – Almere. Het project wordt in opdracht van Rijkswaterstaat uitgevoerd als DBFM-contract (Design, Build, Finance and Maintain) door het consortium SAAone waarin VolkerWessels, Boskalis, Hochtief en DIF participeren.

Vrije voorbouwmethode

De nieuwe brug bestaat feitelijk uit drie bruggen die een overspanning hebben van 142 meter en een totale lengte van circa 284 meter. De zuid-, noord- en middenbrug hebben een breedte van respectievelijk 17,60 meter, 21,50 meter en 11,50 meter. Opmerkelijk is de bouwmethode die hierbij wordt toegepast. De nieuwe brug wordt namelijk gerealiseerd als vrije voorbouwbrug; een bouwmethode die in Nederland voor het eerst werd toegepast in 1968; de meest recente inzet is van 2000.

Bij deze bouwmethode zijn geen – voor de scheepvaart storende – steigers of ondersteuningsconstructies nodig. Daarentegen wordt gebruikgemaakt van een modulaire constructie waarmee een hydraulisch verplaatsbare, vrije voorbouwwagen van Doka wordt samengesteld die bekisting en ondersteuning in één systeem combineert. Door de modulaire uitvoering kan de wagen bovendien flexibel worden aangepast aan verschillende geometrieën. De inzet voor brede en smalle bruggen of brugdelen is daardoor eenvoudig mogelijk

De vrije voorbouwbrug wordt vanaf de oevers gebouwd, waarbij als eerste de zogenaamde pijlers en hamerstukken op beide oevers worden gerealiseerd; later volgen de landhoofden. Na realisatie hiervan wordt wekelijks vanaf het hamerstuk met 4-5 meter per kant naar beide zijden toe gewerkt. Omdat op deze manier twee gelijke moten aan weerszijden van het hamerstuk worden gemaakt, ontstaat een constructie die in evenwicht blijft.

Uitbouwen

Het uitbouwen zelf vindt plaats met behulp van drie sets vrije voorbouwwagens van Doka. Hiertoe is vanaf het hamerstuk allereerst een railconstructie aangebracht waarmee de voorbouwwagen steeds wordt verplaatst. Na realisatie van iedere moot, schuift ook de rail hydraulisch mee richting de volgende fase. Op de rails wordt een zelfklemmende vakwerkconstructie gemaakt met voorgemonteerd werkplatform.

Onder het platform worden, hangend aan de vakwerkconstructie, een tweede werkplatform en zijbekistingspanelen gemonteerd. Deze worden geborgd middels verticaal bewegende hydraulische vijzels. Op deze manier ontstaat een vaste bekistingsconstructie waarmee een beneden- en bovendek kan worden gestort. Voor het storten wordt de wapening gevlochten en de kanalen voor de voorspanning aangebracht. Vervolgens kunnen aan beide zijden van het hamerstuk de moten worden gestort. Daarbij worden achtereenvolgens de bodemplaat, wanden en dekvloer aan land- en kanaalzijde gestort. Op deze manier wordt het onverhoopt kantelen van de brugdelen voorkomen

Nadat een moot is gestort en het beton uitgehard, worden eerst de rails hydraulisch horizontaal verplaatst en de totale vakconstructie met werkplatforms hydraulisch ‘gelost’ zodat ook deze in voorwaartse richting kunnen worden verplaatst. Hiervoor wordt weer gebruikgemaakt van dezelfde hydraulische cilinders waarmee ook de rails zijn verplaatst.

Op deze manier worden aan beide zijden van het hamerstuk 14 moten gestort. Na afronding hiervan worden de vrije voorbouwwagens gedemonteerd en aan de andere oever weer opgebouwd.

Schrijf je in voor de nieuwsbrief

Met deze wekelijkse nieuwsbrief blijf je op de hoogte van het laatste nieuws uit de bouwtechniek.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.