Hotel Van de Vijsel aan de Amsterdamse Overtoom heeft de deuren geopend. Wie een overnachting boekt, slaapt er tussen de oude houtconstructie van de voormalige houthandel Van de Vijsel.
De oude houtconstructie van dit gemeentelijke monument is volledig gerestaureerd en herplaatst. Constructief was deze niet herbruikbaar, met name vanwege brandveiligheid. Architect Minke Wagenaar heeft er voor gekozen om de nieuwe dragende constructie op te bouwen met massiefhouten wanden en vloeren. De beide constructies hebben daardoor een zelfde uitzettingsgedrag. Andere voordelen waren de beperkte dikte, de duurzaamheid, de bouwfysische aspecten van dampopen bouwen en uiteraard de uitstraling van het materiaal. Wat is er toepasselijker dan hout bij een voormalige houthandel?
Ornamentele houtconstructie
De oude houtconstructie is nu vooral ornamenteel en is op elk schaalniveau zichtbaar. Zelfs in de badkamers zijn oude houten delen in het zicht gehouden. De nieuwe houtconstructie is ook in het zicht gebleven. In elke hotelkamer is het houten plafond en één houten wand zichtbaar. De tegenoverliggende wand is voorzien van een voorzetwand, waarin leidingen zijn opgenomen en die ook een belangrijke rol speelt in de geluidisolatie tussen de kamers.
Minke Wagenaar heeft zeventien jaar lang aan het project gewerkt, met verschillende opdrachtgevers en andere partijen. Het leidde geregeld tot discussies maar uiteindelijk nooit tot echte aanpassingen. “We hebben het maximale er uit gehaald.”
Bouwwereld schreef eerder al over de bouwtechniek van de houtconstructie. Ook heeft Bouwwereld specifiek aandacht besteed aan de kelderconstructie. Het hotel is namelijk gebouwd op een kelder die bestaat uit verschillende afzinkkelders, zodat tot op de grens van het perceel kon worden gebouwd.