Pagina 20 van: Bouwwereld #01/2021

20
KD: “We hebben periodieke overleggen waarin we in een heel
open collegiale sfeer elkaars kennis delen. Dat is echt uniek.
Het heeft m’n verwachtingen overtroffen. Zoals Winie zegt, zijn
de muurtjes neergehaald en zien we het CDC als een manier
om verder te komen. Daar komt nog bij dat we geen besloten
club willen zijn. De bedoeling is dat we gaan groeien om circulair
bouwen steeds bereikbaarder te maken.”
WvO: “Je kunt de samenwerking zien als een soort ecosysteem.
We zijn powered by meaning. We zijn een geheel omdat we de
kracht van de impact centraal stellen. Daar gaat het om bij de
realisatie van een circulaire economie.”
Welke inzichten heeft circulair bouwen opgeleverd?
KD: “Als architecten beginnen we steeds beter te snappen dat
bouwen een gewoonte is, maar dat lineair leven dat ook is. Wij
zijn als beroepsgroep aan zet om een leefomgeving te creëren
waarin circulair gewoon is. Dat gaat om simpele dingen als afval
scheiden, maar ook om een gebouw als ruimte waar je duur-
zaam kunt omgaan met energie. Waar het om gaat, is dat de ge-
bouwde omgeving circulaire leefgewoontes stimuleert. En dan
niet alleen voor de happy few, maar voor bewoners uit alle lagen
van de bevolking. Circulair kunnen leven moet een basisrecht
voor iedereen worden.”
En hoe staat New Horizon daarin?
WvO: “In eerste instantie ging het ons om het terugbrengen van
grondstoffen uit sloopgebouwen in het bouwproces. De mis-
sing link is daarbij altijd geweest het anders gaan bouwen en
ontwerpen. Dat was best een zoektocht. Hoe gaan we er bij-
voorbeeld voor zorgen dat die groep kleinere bedrijven – en dat
zijn de meeste architectenbureaus – een slagkrachtige eenheid
met bijbehorende bedrijfsvoering gaan worden. Zo ontstond het
idee van het CDC. Die kracht mist een bureau als dat van Karin
en Saskia, haar compagnon. En dan gaat het niet alleen om
innoveren, maar ook om zaken als communicatie en een op-
drachtgever de garantie kunnen bieden dat zijn project optimaal
ontworpen en gebouwd wordt vanuit circulaire principes.”
Wat drijft Winie van Oorschot om zich circulair te willen
profileren?
WvO: “Ik ben al sinds 1991 met dit onderwerp bezig, onder meer
doordat ik toen betrokken was bij de oprichting van stichting
Dak en Milieu, waarmee we de dakenmarkt lieten samenwer-
ken om zo een betere milieu-impact te realiseren. In diezelfde
tijd raakte mijn vader als co-schrijver betrokken bij het opstellen
van de LCA-methodiek. Destijds konden we niet bevroeden dat
het zo’n bepalende standaard zou worden, maar we wisten wel
18-19-20-21-22-23_koploper.indd 20 04-02-21 16:14