Pagina 24 van: Bouwwereld #03/2021

24
mag niet langer een vrijblijvende optie zijn. Wat me vaak moede-
loos maakt, is dat er bij opdrachtgevers van bouwplannen altijd
wel leuke ideeën zijn om een project mooi, gezond en natuur-
inclusief te maken, maar dat er uiteindelijk toch bezuinigd moet
worden en die plannen dan als eerste sneuvelen. De enige ma-
nier om dat te voorkomen, is door natuurinclusiviteit als eis in de
bouwplannen op te nemen. Net zoals er eisen zijn voor energie-
verbruik en brandveiligheid. Als het aan mij ligt, gaan biodiver-
siteit bevorderen en circulariteit vaste onderdelen worden van
elk programma van eisen en wordt het een verplicht onderdeel
van elke aanbesteding. Partijen die daar in de toekomst niet aan
kunnen of willen voldoen, hebben pech, want zullen geen op-
dracht meer krijgen.”
Wat moet er volgens jou gebeuren om circulair bouwen en
biodiversiteit aan elkaar te knopen bij de ontwikkeling van
bouwprojecten?
“Het moet aan de voorkant gebeuren en dat lukt alleen als je de
juiste kennis in huis haalt. Ik hoor architecten en opdrachtgevers
vaak klagen dat ze er niet genoeg van weten, maar waarom haal
je die kennis dan niet naar binnen. Zo ingewikkeld is dat niet. Er
staan ongelofelijk veel mensen en instanties te trappelen om
mee te denken over bouwprojecten. Maar het begint met leider-
schap en visie van iemand die het wil en die de opdrachtgever
is. Die persoon zou in gesprek moeten gaan met organisaties
als De Vlinderstichting, de Vogelbescherming, Stichting Heg &
Landschap, lokale natuurorganisaties, ecologische adviesbu-
reaus en noem maar op. Die partijen kunnen je laten zien wat
de mogelijkheden zijn om biodiversiteit te bevorderen. Voordat
je beslist dat er een muur of hekwerk om een gebouw heen
komt, is het goed om na te denken over manieren waarop je een
natuurlijke omheining kunt maken. Probeer daarbij altijd te den-
ken vanuit de organismen die er moeten gaan leven. Neem de
vogels. Die hebben nestgelegenheid, bescherming en voedsel
nodig. Dan valt een traditioneel hekwerk af en kun je beter kie-
zen voor een natuurlijke afscheiding in de vorm van een mooie
soortenrijke heg. Mits goed gekozen zijn heggen niet alleen een
prima broedplaats voor tal van vogels, ze kunnen ook dienen als
ecologische verbindingsstroken tussen de stad, het bedrijven-
terrein en het buitengebied. Dezelfde benadering geldt bijvoor-
koploper
beeld ook voor bijen. Je hebt niets aan bijenhotels als er rondom
het gebouw geen bloemen groeien, waaruit ze nectar kunnen
halen. Aan de andere kant lok je met bloemen geen bijen en vo-
gels als je een vijandige omgeving bouwt zonder nestgelegen-
heid en bescherming. Door in gesprek te gaan met experts kun
je een goed, functioneel gebouw ontwikkelen dat tegelijkertijd
de biodiversiteit rondom dat gebouw stimuleert. Waar het om
gaat, is dat je als opdrachtgever en architect in gesprek gaat
met andere partners dan je gewend bent. En als je dan gaat
aanplanten, moet je kijken naar de culturele geschiedenis van
een gebied en welke inheemse planten, bomen en struiken het
beste gedijen in de aanwezige grondsoort. Op klei groeien nou
eenmaal andere bomen en planten dan op zand- of veengrond.”
De bouw heeft wel wat anders aan zijn hoofd dan denken aan
circulariteit en biodiversiteit. Er moeten komende jaren im-
mers een miljoen nieuwe woningen bijgebouwd worden.
“Daar maak ik me inderdaad zorgen om. Er staat een enorme
druk op de ketel. Grote kans dat wordt teruggevallen op snel,
goedkoop en meer van hetzelfde. Als we niet oppassen gaan
biodiversiteit en circulariteit het kind van de rekening worden.
Maar zelfs als je het woningtekort gaat aanpakken met een fa-
brieksmatige woningbouwproductie, kun je circulariteit en bio-
diversiteit meenemen in het ontwerp. Ik zou zeggen juist. Het
lijkt me te doen om in die woningen en wijken nestkasten voor
vogels en andere dieren al mee te nemen en de omgeving zo
in te richten dat er volop bescherming en voedsel voor dieren
voorhanden is. Dat staat nog los van de gekozen bouwmate-
rialen. Als we bij die miljoen woningen die er gaan komen de
principes van circulariteit, materiaalkeuze, gezondheid en bio-
diversiteit veronachtzamen, dan zadelen we onze kinderen op
met woonwijken die in de toekomst alleen maar problemen
gaan geven. Er drukt dus een enorme verantwoordelijkheid op
de schouders van landelijke en lokale overheden en planontwik-
kelaars. Tegelijkertijd weet ik dat als je met de juiste partners
om tafel gaat zitten, je woonwijken kunt ontwikkelen die meer
biodiversiteit te bieden hebben dan het gebied had voordat er
gebouwd werd. Dat is een kwestie van prioriteiten stellen en
keuzes maken. Daar moesten we maar eens een masterclass
voor organiseren.”
‘Als we doorgAAn met hoe we nu bouwen,
vernietigen we goed functionerende
ecosystemen wAAr we AfhAnkelijk vAn zijn’
22-23-24-25-26-27_koploper.indd 24 30-04-21 09:19