Pagina 61 van: Bouwwereld #05/2021

61
PROJECT NIEUWBOUW
PROJECTGEGEVENS
Locatie: Parnassusweg 280, Amsterdam
Opdrachtgever: Rijksvastgoedbedrijf
Architect: KAAN Architecten
Hoofdaannemer: Consortium NACH (Macquarie Capital,
ABT, DVP, KAAN Architecten, Heijmans en Facilicom)
Advies constructies en geotechniek: ABT, Velp
Advies brandveiligheid, installaties, bouwfysica en
akoestiek: ABT
Bouwuitvoering: Heijmans Utiliteitsbouw
Gevel: TGM, Asten
Natuursteen: Kolen Natuursteen, Eindhoven
Beheer, onderhoud en facilitaire dienstverlening:
Heijmans en Facilicom
Bruto vloeroppervlakte: 60.200 m2
Contract: netto contante waarde 235 miljoen euro
DBFMO, looptijd 30 jaar
Bouwtijd: augustus 2017 – december 2020
Fotobijschrift kleur
Vincent Panhuysen,
architect en partner
bij KAAN Archi-
tecten. (Foto: Inga
Powilleit)
Jaap Wiedenhoff,
Senior adviseur
bouwfysica & instal-
laties bij ABT. (Foto:
Jacques Kok)ik ook een van de mooiste dingen aan het gebouw: je ziet ge-
woon geen verschil tussen binnen en buiten.” Een andere slim-
migheid: het plein is 90 cm hoger dan het straatniveau. Dit om
te voorkomen dat er ontsierende betonblokken of bloembakken
rondom het plein nodig zijn voor de beveiliging. “Tegelijkertijd
geeft die verhoging het plein gezag en wordt het intiemer omdat
het nu begrensd is.”
INTRINSIEKE DUURZAAMHEID
Op het gebied van duurzaamheid kent het gebouw geen op-
vallende toeters of bellen. “We hebben vooral geprobeerd een
goed werkend gebouw te ontwerpen, geen gebouw waar bij
wijze van spreken de slakroppen aan de muur groeien. Maar
we wilden ook geen gebouw dat alleen maar aan alle normen
voldoet”, verklaart Wiedenhoff. “Het gebouw scoort wat EPC
betreft 30 procent beter dan vereist, maar nog veel belangrij-
ker, het energieverbruik is 60 procent lager dan de maximaal
toegestane eis.”
Een belangrijke bijdrage aan dat lage energieverbruik komt van
de situering van de technische ruimtes op de tussenverdieping,
in plaats van op het dak. Dit scheelt enorm in de schachtruimtes,
waardoor het gebouw heel compact kan blijven. De leidingen
hoeven namelijk niet allemaal van boven naar onder te lopen,
maar lopen vanuit het midden van het gebouw naar de juiste
plek. De leidingen zijn daardoor minder lang en minder dik. Te-
gelijkertijd is ervoor gekozen om niet het hele gebouw te con-
ditioneren, maar heel plaatselijk het klimaat te regelen op basis
van de aanwezige personen en het CO2-gehalte. Wiedenhoff:
“Die keuze scheelt zeker 20 à 30 procent in het energieverbruik
en de installaties worden daardoor 30 tot 40 procent kleiner.”
Het klimaat in het gebouw loopt geleidelijk over van binnen naar
buiten. De rechtszalen zijn geconditioneerd, maar de publieks-
ruimten rondom vormen een bufferzone met een semi-buiten-
klimaat. Wiedenhoff: “Dat bespaart veel energie, maar is ook
een stuk comfortabeler voor mensen die vanuit de kou buiten
naar binnen komen. Het zijn dit soort keuzes die ervoor zorgen
dat duurzaamheid in dit gebouw geen toegevoegd onderdeel is,
maar juist helemaal in het ontwerp is verweven.” ■
52-53-54-55-56-57-58-59-60-61_projectrechtbank.indd 61 15-09-21 16:31