Pagina 24 van: Bouwwereld #06/2021

24
Al jong verdiepte dAAn Bruggink zich in de ideeën Achter orgAnische
Architectuur en stond hij steeds vAker stil Bij het feit dAt het vAk
Architectuur met zijn glAs, Beton en stAAl wel erg ver verwijderd wAs
gerAAkt vAn de nAtuur. in zijn werk hAnteert hij Al jAren Biofilische en
BioBAsed uitgAngspunten. wAt hem voor ogen stAAt is geBouwen zodAnig
ontwerpen dAt geBruikers er Beter presteren, gezonder Blijven en
gelukkiger zijn.
TeksT peter de winter FoTo’s mArtin wengelAAr
A
anvankelijk wilde daan Bruggink bioloog worden,
maar omdat scheikunde niet zijn sterkste kant was,
viel die droom in duigen. omdat hij als kind al erg van
bouwen hield, ging hij vervolgens bouwkunde stude-
ren in delft. tijdens die jaren ontdekte hij zijn fascinatie voor de
combinatie natuur en vormgeving en die ontdekking zou hem
altijd blijven fascineren. er was eind vorige eeuw nog weinig
te vinden op dat vlak. de bibliotheek in delft bevatte slechts
één boekje over organische architectuur, maar de kiem voor
duurzaam denken en doen was gelegd. na zijn studie werkte hij
enige tijd bij de viBA, de vereniging integratie biologische archi-
tectuur in den Bosch. volgens hem een club met heel veel ken-
nis in huis, maar als het op architectuur aankwam, verdienden
de ontwerpen in zijn optiek geen schoonheidsprijs. hij werkte bij
een aantal architectenbureaus en besloot in 2004 voor zichzelf
te beginnen met de oprichting van orgA Architect in nijmegen.
in die tijd verdiepte hij zich steeds verder in de ideeën achter
functionele organische architectuur en stond hij steeds vaker
stil bij het feit dat het vak architectuur met zijn glas, beton en
steen wel heel ver verwijderd geraakt was van die principes.
voor hem werd steeds duidelijker dat ‘de natuur’ vast onderdeel
van zijn ontwerpopvattingen moest gaan worden.
Wat kun je als architect zoal leren van de natuur?
“vier dingen. op de eerste plaats kun je je laten inspireren door
de vormen uit de natuur. dat doen veel architecten al, maar het
levert niet automatisch natuurvriendelijke gebouwen op, omdat
je een ontwerp ook uit ‘smerige’ materialen kunt optrekken. dat
brengt me bij punt twee: toepassing van natuurlijke materialen.
niet voor niets bouwen we graag in hout. het derde punt is
biomimicry, ofwel leren van technieken uit de natuur. dat is een
even lastige als fascinerende materie. tot slot is er biofilisch,
ofwel de link met onszelf en de natuur. we komen allemaal van
de steppen en wonen pas een paar honderd jaar in een tech-
nische, kunstmatige omgeving. ons lichaam en onze geest zijn
in zekere zin nog helemaal niet gewend aan leven in zo’n om-
geving. geen mens raakt immers gestrest van een bos. en daar
gaat het me om in het vak: gebouwen ontwerpen met een na-
drukkelijke link met de natuur die het welzijn van bewoners en
gebruikers bevorderen. dat wist ik nog niet toen ik in delft ging
studeren, maar het bewustzijn dat de natuur mijn inspiratiebron
en ontwerpuitgangspunt ging worden groeide er met de jaren.”
Wat zijn volgens jou de meest gehoorde misverstanden als
het gaat om toepassing van biofilisch en biobased bouw
materialen?
“het verhaal gaat dat dergelijke materialen brandbaar zijn, ver-
rotten en dat gebouwen die je ermee optrekt tochten en lek-
ken en dat je er geen garantie op kunt krijgen. dat is natuurlijk
klinkklare onzin. Als je ze met verstand van zaken toepast, kun
je er uitstekende gebouwen mee maken. dat bewijzen wij in de
praktijk, maar je moet je wel grondig in de materie verdiepen.”
Kun je in simpele bewoordingen mijn lezers uitleggen wat bio
filisch en biobased bouwen ofwel jouw visie precies is?
“zoals ik net zei, zou je de link tussen de natuur en ons als mens
in de gebouwde omgeving veel nadrukkelijker moeten stimule-
ren. Biobased wil daarbij zeggen dat je in een ontwerp zoveel
mogelijk bouwmaterialen toepast op natuurlijke basis. een be-
tere definitie daarvoor is dat je materialen toepast die terug
kunnen groeien in de tijd dat een gebouw in gebruik is. daar-
mee bedoel ik dat je, als je een gebouw van hout maakt, het
er zo lang moet staan als de tijd die een boom nodig heeft om
tot volle wasdom te komen. dat is geen officiële definitie, maar
het vult wel het circulaire verhaal in waarover zoveel gesproken
wordt. Biofilisch gaat wat mij betreft over de link tussen ons
mensen en de natuur. naarmate die link nadrukkelijker in een
ontwerp tot uitdrukking komt, voelen we ons beter. in biofilische
gebouwen presteer je beter, voel je je gezonder, ben je min-
der vaak ziek, heb je minder stress, minder overgewicht, min-
koploper
24-25-26-27-28-29_koploper.indd 24 27-09-21 09:39