Dat lukte wonderwel: het moderne ‘gestapelde’ huisje zit als ge-
goten tussen de nieuwbouw rechts en het negentiende-eeuwse
pand links op de hoek met de Brouwersgracht. Passend bij het
rood van de bakstenen buren, is het nieuwe huis bekleed met
roodbruine zinken gevelpanelen met her en der perforaties die
een mooi lichtspel bieden als de zon schijnt. Ook hebben de
architecten het pand allerlei slimme oplossingen en verrassin-
gen meegegeven. Zo is de portiekingang verstopt achter een
verschuifbaar gevelpaneel. Daarachter ligt de studio aan de
straatkant en net zoals bij het Towerhouse is de houten wen-
teltrap de ruggengraat die leidt naar de keuken met daarboven
de woonkamer, de slaapkamer met badkamer en daarop de stu-
deerruimte met dakterras.
Er is enorm gepuzzeld met elke kostbare meter. De architecten
hebben geprobeerd zoveel mogelijk uitzicht op zowel de Brou-
wersgracht als de Willemsstraat en veel lichtinval te creëren.
Ze moesten tegelijkertijd rekening houden met de buren, die
uiteraard uit hun ramen moesten kunnen blijven kijken. Het be-
sluit om op zo’n plek een driehoekig balkon te maken is slim: de
buren behouden zicht én de nieuwe bewoners kunnen nu ook
buiten eten.
Het leuke is dat je door dit geslaagde initiatief nog beter naar
stukjes niemandsland gaat kijken en er zelfs naar gaat zoeken.
Ze zijn er, deze gaten in de stad. Het lost de woningnood niet
op, maar dit soort creatieve ondernemingszin stimuleert wellicht
gemeentes en architecten om iets moois toe te voegen aan kale
postzegelgrote percelen. n
7
06-07_supergaaf.indd 7 30-04-20 15:35