daarom veel tijd om deze te monteren en op spanning te bren-
gen. Wel 1 tot 1,5 uur per balk.’
De geringe toleranties hebben ook gevolgen voor de thermi-
sche werking. De constructie is uitgevoerd als tafel met moment-
vaste knopen. Hiermee is de stabiliteit verzekerd, maar kan de
tafel als geheel wel enigszins bewegen. Zo is in verband met de
zettingen de hoge glazen pui aan de zijkant van het station pas
ingemeten en geplaatst nadat het dak helemaal klaar en belast
was. Deze pui is aan het dak gekoppeld en kan enige beweging
als gevolg van het werken van de dakconstructie opvangen.
Sedumdak
Op de dakconstructie ligt een secundaire constructie van houten
balken. Dit tweede grid was nodig om het extra gewicht van het
sedumdak langs de randen te dragen. In het transparante dak-
deel is het grid doorgezet en is onder andere de verlichting
ingebouwd.
Het sedumdak vervult een rol in waterbuffering. Bij het ontwer-
pen van de kap was de waterafvoer één van de grote vraagstuk-
ken, aldus Prins. Het dak meet 3000 m2 en loopt af naar één
punt, namelijk een grote opvangbak nabij de ingang van de
fietsenstalling. Het regenwater loopt via de goten tussen de
transparante zadeldaken naar de dakrand, die over een breedte
van circa 7 m is voorzien van sedumbeplanting. Dit is de eerste
waterbuffer. Via het laagste punt van het dak bij de fietsenstal-
ling stroomt het aflopende water door een gat met een trechter-
uitloop naar een extra grote plantenbak – de tweede buffer.
Vanuit de plantenbak wordt het water afgevoerd onder het
spoor naar een speciaal aangelegde vijver.
Kunststof zadeldak
Het in de basis eenvoudige concept van een zwevende houten
kap met daaronder de paviljoens en de sporen, is de kracht van
het ontwerp. Prins: ‘Door dit simpele gebaar konden we het
concept goed overeind houden bij de drie opdrachtgevers:
ProRail, NS en gemeente Assen. Die hadden verschillende be-
langen. Zo lette ProRail sterk op het aspect van onderhoud en
kosten, terwijl de gemeente vooral de stedelijke aansluiting op
onder andere de binnenstad van belang vond. Dat leidde tot
verschillende eisen en wensen.’
Als voorbeeld noemt Prins het transparante dak. ‘Als we dat in
glas zouden uitvoeren, leverde dat een hoog eigen gewicht op.
Daarom ging onze voorkeur uit naar polycarbonaat. Maar ProRail
had veel vragen over het onderhoud. Zo zou bij een gelijke
reinigingsfrequentie het polycarbonaat meer krassen en eerder
aan vervanging toe zijn dan glas. Maar deze vervangingskosten
wogen niet op tegen de extra kosten voor verzwaring van de
constructie die nodig was bij een glazen dak. Zo zijn op basis
van Total Cost of Ownership veel afwegingen gemaakt om tot
goede keuzes te komen.
Beide zijden van het station van Assen zijn door de nieuwe overkapping verbonden. Door het autoverkeer via een tunnel onder het spoor te leiden,
ontstaat een aantrekkelijke verkeersluwe openbare ruimte.
14 // Bouwwereld
// state of the art
06-07-08-09-10-11-12-13-14-15_stateoftheart.indd 14 08-04-19 13:02