De zijgevel mocht niet worden ingelaten in
het historische metselwerk en is daarom 3D
ingemeten.
Het bestaande dak boven de achteringang is nu inpandig balkon geworden.
gen, maar dat zou de transparantie niet
ten goede komen. “De installatieadvi-
seurs van ABT hebben net zo lang gepuz-
zeld tot ze de ventilatie konden oplossen
via een bestaande deur naar het nu in-
pandig gelegen balkon van het kasteel.
Dakluiken konden daardoor volledig
achterwege blijven”, vertellen glascon-
structeurs Diana de Krom en Erwin ten
Brincke van ABT.
Aansluiting op kasteel
Een belangrijk onderdeel van de engi-
neering van het entreegebouw waren de
aansluitingen van het glas op het be-
staande monumentale gebouw. De voor-
gevel sluit met de zijkant aan op de oude
kasteelmuur. Een infrezing over de volle
hoogte was niet toegestaan. IFS Building
Systems heeft de muur daarom volledig
digitaal ingemeten en het glas laten mee-
lopen met de krommingen. Tussen glas
en muur volstaat nu een kitnaad.
Het glazen dak heeft een afloop gekre-
gen naar de zijkant die aan het kasteel
grenst. Een stalen goot direct onder de
goot van het kasteeldak valt nauwelijks
op, maar dient niet alleen om het water af
te voeren maar heeft ook voldoende
tolerantie om de krommingen in de kas-
teelmuur op te vangen.
Boven het balkon van de gevel van het
kasteel is het glasdak met een U-profiel
over de volle breedte ingelaten in het
metselwerk, met een kitnaad erboven om
een waterdichte aansluiting te verkrijgen.
Volgens architect Bouwstra was dat op
deze plek niet erg omdat deze gevel een
latere toevoeging is. Ook de dragende
glazen vinnen zijn hier ingelaten in het metselwerk. Daarvoor zijn sleuven gefreesd van
circa 80 mm diep waarin een stalen U is aangebracht die in het metselwerk is vast-
geschroefd. De glazen vin is over een lengte van 45 mm opgelegd op een oplegblok.
“Glas is heel sterk en zou bij wijze van spreken met een oplegging van een millimeter
kunnen volstaan. We hebben gekozen voor 45 mm vanwege toleranties en vanwege
de thermische werking”, vertellen De Krom en Ten Brincke.
Verdeling vinnen
De sleuven voor de oplegging van de glazen vinnen zijn gesitueerd tussen de bestaan-
de ramen, zodat ze niet in de hanenkammen terecht zouden komen. De positionering
van de vinnen was uiteraard bepalend voor de verdeling van de glasruiten en maakte
het tevens mogelijk om de toegangsdeur met voldoende breedte precies tegenover de
kasteelbrug te situeren.
De draagstructuur van het entreegebouw bestaat uit vier glazen vinnen over de volle
hoogte van de voorgevel, die vervolgens overgaan in de glazen vinnen van het dak. In
de hoekverbindingen tussen gevel-
vin en dakvin zijn onzichtbaar
uitgevoerd door middel van een
methode die lijkt op een vingerlas
35Bouwwereld //
32-33-34-35-36-37-38_ruurlo.indd 35 08-08-17 13:18