Woningen en kantoren renoveren met FINEO-vacuümglas

Vacuümglas is het nieuwe isolatieglas. Een ongekende (r)evolutie in relatie tot gezondheid, energiebesparing en dematerialisatie. Waarom? Bij de transitie van enkel naar dubbel glas en tegenwoordig triple zijn we alleen maar meer materiaal gaan gebruiken. Vacuümglas doet het tegenovergestelde: de thermische isolatiewaarde is minimaal gelijk aan die van triple glas, het laat meer daglicht door en houdt ook nog eens meer geluid tegen. En dat met een kwart van de dikte en de helft van het gewicht. ‘Meer met minder’ en nog circulair ook, want eenvoudig in hergebruik. Kortom: ideaal voor het renoveren van woningen en kantoren.

Met de ontwikkeling van FINEO-vacuümglas is AGC erin geslaagd in te spelen op de vraag naar een product dat hoogwaardig isoleert maar toch minder materiaal gebruikt. Positieve bijvangst: het glas presteert ook nog eens beter qua lichtdoorlaat en geluidwering. FINEO is sinds vier jaar op de markt. Het glas heeft een minimale opbouw van twee glasbladen van elk minimaal 3 millimeter. Daarvan is er één voorzien van een Low-E-coating die de warmte terug (naar binnen) reflecteert. De vacuümspouw is 0,1 millimeter breed. Gelijkmatig over het glas verdeelde micro-spacers voorkomen dat de glasplaten contact maken. Dat is cruciaal, want zo behoudt FINEO zijn thermisch isolerend vermogen. FINEO heeft een Ug-waarde van 0,7 W/m2K; een met triple glas vergelijkbare thermische kwaliteit maar dan met een kwart van de dikte en ongeveer de helft van het gewicht. Wordt het glas als ‘hybride’ product gebruikt voor het maken van isolatieglas voor bredere sponningen, dan is zelfs een Ug van 0,4 W/m2K haalbaar. Overigens staan de ontwikkelingen niet stil: de glasformaten worden alsmaar groter, momenteel maximaal 1500 x 2500 mm en het aantal spacers in de spouw neemt af, wat de thermische isolatiewaarde nog verder verbetert.

Betere prestaties

FINEO overschrijdt niet alleen de prestaties in thermische isolatie, ook de lichttransmissie (LT), reflectie en geluidsisolatie zijn beter dan die van isolatieglas en triple glas. Heeft triple glas een LT van 74%, FINEO komt uit op 80%. Doordat het glas zo dun is, is bovendien de reflectie lager. Qua geluid zijn die verschillen eveneens groot met een Rw (C;Ctr) van 33 (-2;-6) en Rw + Ctr = RA van 27 voor triple glas, terwijl die waarden voor FINEO respectievelijk 39 (-1;-3) en 36 zijn. Een esthetisch verschil met andere aanbieders is dat die een vacuüm evacuatieopening met ‘beschermcap’ gebruiken in het zichtbare gedeelte van het glas. FINEO heeft die ‘cap’ niet en is bovendien een Europees product, loodvrij en kan volledig worden gerecycled. AGC levert het innovatieve glas ook als gelaagd veiligheidsglas en zonwerend glas. Andere belangrijke argumenten voor de keuze voor FINEO zijn het mindere grondstof- en materiaalverbruik en het lagere gewicht. Dat heeft grote gevolgen voor het transport, de montage, de kozijnen en het beslag.

Woningen renoveren

FINEO-vacuümglas vindt sinds drie jaar zijn weg naar woningen en sinds kort ook kantoorgevels. Bij een restauratie en transformatie van een woning of een monument (met beschermd stadsgezicht) is het altijd afwegen wat wel en wat niet te behouden. Hoe ver ga je in de verbeteringen met respect voor het bestaande. De keuze van het glas zorgt dan voor behoorlijk wat dilemma’s, zeker als de bestaande kozijnen behouden (moeten) blijven. Gewoon isolatieglas past niet in de sponning en voor- of achterzetramen hebben nadelige esthetische gevolgen. Vacuümglas zorgt dan voor de oplossing: het verbetert de isolatiewaarde enorm en tast de gevel niet aan.

Kantoren renoveren

Bij kantoren is het innovatieve glas sinds kort ook geschikt voor renovatie en dan met name in die gevels die naast goed isolerend ook nog eens brandwerend dienen te zijn. ‘Sinds kort’, want sinds dit jaar is het mogelijk FINEO-vacuümglas te combineren met Pyrobel brandwerend glas. Kantoren moeten naar label C – moesten eigenlijk, want afgelopen 1 januari verplicht bij wet – maar wie slim investeert pakt meteen door naar label A, de eis per 2030. Glas draagt enorm bij aan het verbeteren van de energieprestatie van een gebouw en met het geteste glas slaan bedrijven twee vliegen in één klap.

Brandwerend glas is er grofweg in vijf soorten: thermisch gehard glas met en zonder coating, thermisch gehard en gelaagd glas met een alkalisilicaatgel of met een hydrogel en gelaagd floatglas met een gel op basis van epoxyhars of met een silicaatgel. Pyrobel, dat al veertig jaar op de markt is, behoort tot deze laatste groep. Zodra het glas een temperatuur van ongeveer 100 °C bereikt, zetten de tussenlagen uit en veranderen deze in een stijve en ondoorzichtige beschermende barrière die straling en hitte absorbeert. Pyrobel voldoet qua brandklasse aan criteria voor zowel integriteit en lage straling (EW) als voor integriteit en isolatie (EI) en dat, afhankelijk van de samenstelling, van een half uur tot wel drie uur. Pyrobel kan worden gesneden en beschikt net als FINEO over de Cradle to Cradle Certified Zilvercertificering.

Voldoen aan marktvraag

Nu ondernemend Nederland met een kantoor van meer dan 100 vierkante meter afgelopen 1 januari geconfronteerd is met de eis minimaal energielabel C te hebben (en label A per 2030), krijgt AGC vaak de vraag te adviseren welk brandwerend glas toe te passen ter vervanging van het bestaande. Belangrijk gegeven daarbij is dat veel kantoorgevels relatief dunne glaspakketten hebben. Wil je die upgraden dan is de kans groot dat je het dikkere glaspakket niet kwijt kunt, denk aan brandwerend triple glas. Dat is exact de reden dat AGC met brandwerend vacuümglas op de markt komt. Een combinatie van FINEO en Pyrobel, producten die zich individueel hebben bewezen, maar ook samen naar verwachting van de glasfabrikant aan een specifieke, maar grote marktvraag zullen voldoen.

De rubriek Productcase is een samenwerking tussen een fabrikant en het vakblad Bouwwereld.