Ga naar hoofdinhoud
Bouwtechniek

Bouwfout bij instorting parkeergarage

Het niet goed kunnen overbrengen van de trekkracht in de wapening van de ene breedplaat naar de andere breedplaat is vrijwel zeker de oorzaak van het gedeeltelijk instorten van de parkeergarage bij Eindhoven Airport. De hoge temperatuur op de dag van het instorten heeft het constructieve gebrek getriggerd. Dit is de eenduidige conclusie van TNO en Adviesbureau Hageman, die in opdracht van respectievelijk Eindhoven Airport N.V. en BAM de afgelopen maanden onderzoek hebben gedaan.

De vloeren van de parkeergarage zijn uitgevoerd als BubbleDeck-vloeren. Deze bestaan uit geprefabriceerde breedplaatvloeren en zijn voorzien van gewichtsbesparende kunststof bollen. Na het plaatsen worden de breedplaatvloeren op de bouwplaats voorzien van een druklaag van gestort beton. De geprefabriceerde breedplaat met de daarop gestorte druklaag vormen samen de vloerconstructie.

Aansluitvlak beton

Ter plaatse van de naden van de breedplaten was conform het constructieve ontwerp sprake van een doorbuigend moment. Dit zorgt voor drukspanningen in de bovenlaag van de vloer en trekspanningen in de onderlaag van de vloer. Om de trekspanningen op te vangen is een koppeling nodig van wapening, de koppelstaven genoemd. Deze staven moeten lang en sterk genoeg zijn om de trekkrachten op te vangen, maar ook moeten ze de trekkrachten voldoende kunnen overbrengen naar de breedplaat en de daarin opgenomen wapening. En juist hier bleek het volgens de onderzoeken aan te schorten; de afschuifsterkte van het aansluitvlak van de breedplaten en het gestorte beton met daarin de koppelstaven was onvoldoende om de trekkracht over te dragen. Door de onvoldoende afschuifsterkte is het gestorte beton als het ware losgescheurd van de onderliggende vloerplaat.

Temperatuur als trigger

Hoewel de oorzaak in de basis een bouwfout is, is de hoge temperatuur op de dag van het instorten van de vloeren een trigger geweest van het gebrek. Door zoninstraling op de bovenzijde van de betonvloer werd deze zijde warmer dan de onderzijde van de vloer. Dit resulteerde in een ongelijke uitzetting van de vloer; boven was de vloer warmer, dus zette het meer uit dan aan de koelere onderzijde. Het uitzetten van de vloer werd daarnaast verhinderd door de aansluiting met de kolommen van de garage, waardoor het doorbuigend moment groter werd. Hierdoor ontstonden extra trekspanningen in de onderzijde van de vloer. Dit, in combinatie met het eigen gewicht, heeft volgens de onderzoeken tot het bezwijken van de vierde geresulteerd. Door het gewicht van deze verdieping, zijn vervolgens de onderliggende verdiepingen ingestort.

BubbleDeck

Mogelijk wordt het gebrek aan afschuifsterkte veroorzaakt doordat de BubbleDeck-vloeren aan de bovenzijde niet zijn opgeruwd. Volgens Rob Plug, directeur van BubbleDeck ILWC B.V., is dit niet het geval. “Als dat waar was, dan is half Nederland onveilig. Het is voorbarig om te concluderen op basis van één incident, dat de vloeren onveilig zijn. In heel Nederland ligt er tussen de 2 à 3 miljoen m2 BubbleDeck-vloeren, en wereldwijd zijn de vloeren ook veel toegepast. Nergens in de wereld heeft er zich tot nu toe een incident met onze vloeren voorgedaan dat hier op zou kunnen lijken.” Over de oorzaak van de beperkte afschuifsterkte wil hij echter geen uitspraak doen. “De nu verschenen rapporten zijn geen eindrapportages. Ze bevatten hypotheses, maar nergens blijkt uit de onderzoeken wat er precies is fout gegaan. Mogelijk is het een combinatie van factoren, mogelijk is het slechts één fout. De Onderzoeksraad voor Veiligheid is nog bezig met een onderzoek en ik heb begrepen dat het nog wel een jaar kan duren voordat zij met hun conclusie komen. Pas wanneer er exact duidelijk is wat er fout gegaan is, kunnen er passende maatregelen worden getroffen.”

Normering

De uitgangspunten voor het ontwerpen en berekenen van betonconstructies zijn beschreven in de bouwnorm NEN-EN 1992-1-1. Aanvullend op het uitgevoerde onderzoek is gebleken dat zowel constructeurs als toezichthouders bij het toepassen van breedplaatvloeren over het algemeen het belang van de afschuifsterkte voor de hechtheid van de vloer onvoldoende onderkennen. Een extra toelichting bij de NEN-EN 1992-1-1 zou de toepassing van de norm bevorderen.

Breder onderzoek

Mogelijk heeft de conclusie van het onderzoek gevolgen voor andere bouwwerken waar dezelfde constructie is toegepast. Het ministerie van Binnenlandse Zaken is ingelicht en heeft gemeenten inmiddels opgeroepen om te inventariseren of er gebouwen zijn met eenzelfde constructie.

Het is vooralsnog onduidelijk wie verantwoordelijk kan worden gehouden voor het incident in Eindhoven.

Foto: Onderzoeksraad voor Veiligheid

Schrijf je in voor de nieuwsbrief

Met deze wekelijkse nieuwsbrief blijf je op de hoogte van het laatste nieuws uit de bouwtechniek.

Eén reactie op “Bouwfout bij instorting parkeergarage

  • P.Warmerdam

    Een breedplaat vloer als verloren bekisting dient aan de afwerkzijde in de fabriek altijd te worden opgeruuwd, ditis nodig om een 100% aanhechting van de bovenliggende te storten betonvloer te bewerstelligen. (Een cementdekvloer op een glasplaat gestort hecht ook niet). Vroeger werd je dat op de LTS (ambachtschool) al geleerd. De oorzaak van deze bouwfout is dan ook toe te schrijven aan de gebrekkige praktijk kennis en het missen van dagelijks toezicht. Het is de vraag of reeds bestaande bouwcomplexen met dezelfde gladde ondervloer constructie wel voldoen aan de regelgeving die betrekking hebben op de brandveiligheidsvoorschriften die zijn vastgesteld in het Bouwbesluit.(Wie veel heeft meegemaakt kan veel ver(halen).

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.